In het wild vullen karpers hun dagen met het zoeken naar eten. Kleine waterdiertjes en insecten vormen een groot onderdeel van het dagelijkse dieet. Ook kleine visjes en waterplanten vinden ze niet te versmaden. De wilde karper eet dus de hele dag door kleine hoeveelheden voedsel. In onze vijvers kunnen we dit natuurlijk niet nabootsen. Onze koi struinen de hele vijver af op zoek naar voedsel, maar hierbij krijgen ze onvoldoende voedingsstoffen binnen om zich voldoende te ontwikkelen. We moeten onze koi dus bijvoeren.
Eerder is al vermeld dat een koi een heel kleine maag heeft, zo klein zelfs dat deze te verwaarlozen is. Het gevolg hiervan is dat het voedsel maar gedeeltelijk wordt verteerd. Wij moeten met ons voergedrag hierop inspelen. Meerdere malen per dag kleine hoeveelheden voeren is beter dan een- of twee maal per dag een grote hoeveelheid voer aan onze koi geven. Door meerdere malen per dag kleine porties te geven wordt het opgenomen voer beter verteerd en komen er minder afvalstoffen in het water. Meerde malen per dag grote hoeveelheden voer op het water gooien zorgt er dus niet voor dat de koi sneller groeit, maar zorgt er wel voor dat er veel meer afvalstoffen in het water komen.
Hoeveel voedsel heeft een koi dan nodig?
Dat is niet zo snel beantwoord. Een koi is een koudbloedig dier en zal dus zijn voedsel beter kunnen verteren en opnemen naarmate de omgevingstemperatuur stijgt. Dit in aanmerking genomen zal het voergedrag in de koudere perioden van het jaar dus anders moeten zijn dan in de warmere periodes.
De koi zal het snelst groeien in het warme seizoen en de voedselbehoefte is in deze periode dus hoger dan in het koude seizoen. Niet alleen de hoeveelheid voedsel verschilt per periode, ook de samenstelling. De koi heeft in de koudere periode meer moeite met het verteren van voedsel. In deze periode moeten we dus voeren met een licht verteerbaar product. In de warme periode kan dit dieet aangevuld worden met supplementen die de groei en kleur stimuleren.
Er zijn een paar stelregels:
Bij watertemperaturen vanaf 15 graden mag wat meer eiwitrijk voer worden gegeven. Boven de 20 graden kan kleurvoer toegevoegd worden aan het dieet. Zodra de watertemperatuur beneden de 6 graden komt en er wordt gedurende een week niet meer gevoerd, dan mogen de koi pas weer gevoerd worden zodra de watertemperatuur weer permanent boven de 8 graden is.
Waarom deze 6 graden grens?
We hebben u geïnformeerd dat een koi slechter zijn voer kan verteren bij koudere watertemperaturen. Voeren beneden de 7 graden vergt een enorme aanslag op de energiereserves van de vis. De vis moet heel veel moeite doen om het voedsel nog te verteren. Echter bij deze watertemperatuur zal de vis geen voedingstoffen meer opnemen. Wel zullen er veel afvalstoffen in het water komen. Het filter wat nog maar minimaal werkt zal de afvalstoffen niet meer kunnen verwerken. Het gevolg hiervan kan zijn verontreinigd water in de koudere periode van het jaar. Dit heeft zijn weerslag op de gezondheid van de vissen. De vissen worden zwakker en vatbaarder voor parasieten en bacteriën. Het is bijna niet mogelijk het vijverwater en daarbij de koi te behandelen met medicijnen. Gebeurt dit niet in de winter dan kunnen er problemen ontstaan in het voorjaar wanneer de watertemperaturen met horten en stoten omhoog gaat.
Een tweede probleem dat kan ontstaan bij te lang doorvoeren is het volgende: het spijsverteringskanaal van de koi werkt niet meer optimaal. Toch wordt de vis voer opgedrongen, wat hij zal opeten. Het gevolg hiervan kan zijn dat er voer in het spijsverteringskanaal achterblijft en gaat rotten. De vis zal een langzame pijnlijke dood sterven. Deze twee problemen die zich in het voorjaar kunnen voordoen worden ook wel onder de noemer “voorjaarsziekte” geplaatst. In het voorjaar worden koi ziek en sterven aan een oorzaak die vaak niet is aan te geven. Niet wetende dat de eigenaar van de vis deze ziekte zelf veroorzaakt heeft een paar maanden eerder.
Maar hoeveel moeten we nu voeren?
Stelregels als: zo veel de koi in 5 minuten kan eten zijn onnauwkeurig. Er zijn koi die veel te veel eten in 5 minuten en er zijn koi die amper in hun voedselbehoeften kunnen voorzien in die tijd. Ook een stelregel als een koi weet zelf hoeveel hij kan en mag eten, en de koi weet wanneer hij moet stoppen met eten, zijn niet correct. In de vrije natuur zal dit verhaal wel opgaan, maar niet in onze vijvers.
Een houvast kan zijn dat in de warmste periode van het jaar de koi tot twee procent van zijn lichaamsgewicht mag hebben per dag en in de koudere periodes tot een half procent per week. Daarbij meld ik dat dit geldt voor volwassen vissen. Vissen tot 25 cm zullen in verhouding meer voedsel nodig hebben. Het is dus zaak dat u zelf de behoefte van uw koi in de gaten houdt. Dit is te zien aan de bouw van de vis. Hier is een tabel met de lengte en het bijbehorende gewicht van de koi.
Kiëta Koi gebruikt de producten van Musashi
Uitgebreid ingaan op de verkrijgbare soorten voer gaat te ver voor dit artikel. Ik beperk me dan ook tot het informeren dat in koudere periodes moet worden gevoerd met een licht verteerbaar product zoals wheat germ. In de warmere periode kan groei- en kleurvoer worden gebruikt. En natuurlijk geldt: hoe beter de kwaliteit van het voer, hoe beter het is voor de koi.
29 maart 2024 - Het einde van de winter komt in zicht! Nog even en dan zullen we weer volop kunnen genieten van de beweeglijkheid van onze koi en misschien zelfs al de eerste middag of avond buiten doorbrengen. Hebt... lees verder »
28 maart 2024 - Op aankomende tweede paasdag 1 April 2024 Zijn we geopend van 10,00 uur Tot 16,00... lees verder »